Dankzij de samenwerking tussen QIT en Hogrefe kunnen we met trots twee nieuwe screeningslijsten introduceren, beide ontworpen om autismespectrumstoornissen te identificeren: de SRS-2 en de SRS-A,
SRS-2 Screeningslijst voor Kinderen en Adolescenten
De Social Responsiveness Scale (SRS-2) werd ontwikkeld door Constantino & Groeber (2012) en naar een Nederlandstalige versie herwerkt door Roeyers, Thys, Druart, De Schryver en Schittekatte (2015). Het is een waardevol screeningsinstrument om de aanwezigheid en ernst van ASS vast te stellen. Door specifiek de sociale beperkingen te bevragen, helpt het om ASS te onderscheiden van andere psychiatrische aandoeningen.
De SRS-2 is verdeeld in vijf behandelschalen:
Sociaal bewustzijn
Sociale cognitie
Sociale communicatie
Sociale motivatie
Autistische preoccupaties
Daarnaast zijn er twee DSM-subschalen die aansluiten bij de onderverdeling van symptomen in de DSM-5:
Sociale communicatie en interactie
Stereotiepe gedragingen en interesses
Met 65 vragen, in te vullen door ouders van kinderen en adolescenten, biedt de SRS-2 een gedetailleerd beeld van sociale beperkingen gerelateerd aan ASS. Er zijn aparte normen beschikbaar voor Vlaamse en Nederlandse ouders en voor jongens en meisjes.
SRS-A Screeningslijst voor Volwassenen
De Social Responsiveness Scale - Adults (SRS-A) is eveneens ontwikkeld door Constantino & Groeber (2005) en naar een Nederlandstalige versie herwerkt door Noens, De la Marche en Scholte (2012). Het biedt een snelle en betrouwbare manier om symptomen van een autismespectrumstoornis (ASS) bij volwassenen te meten. Het levert een duidelijk beeld op van de sociale beperkingen van een volwassene volgens de nieuwe criteria van de DSM-5, door verschillende dimensies in kaart te brengen:
1. Sociaal bewustzijn
2. Sociale communicatie
3. Sociale motivatie
4. Rigiditeit en repetitiviteit
De SRS-A is ook nuttig voor het identificeren en indelen van subtiele (of minder ernstige) kenmerken op het autismespectrum en voor het meten van veranderingen in symptoomernst over tijd of als reactie op interventies.
De SRS-A bevat 64 vragen en kan ingevuld worden door de volwassene zelf, of door een informant die goed op de hoogte is van het gedrag en de ontwikkelingsgeschiedenis van de volwassene, zoals een partner, ouder, broer of zus.
Je vindt deze vragenlijsten vanaf nu in de QIT-bibliotheek. Je kan ze toevoegen aan een zorgtraject. Van zodra de cliënt de vragenlijsten heeft ingevuld, worden de antwoorden automatisch verwerkt in overzichtelijke rapporten waarbij de totaalscores vergeleken worden met de normen van de algemene populatie.
Voorbeeldrapport SRS-2 (kinderen 4-18 jaar)
Als je interesse hebt om een extra vragenlijst te laten inbouwen in QIT, neem dan contact op met ons en wij bekijken samen met de uitgeverij de mogelijkheden.
Comments